De donderdagavond film club

The Sting

Gepubliceerd op 17 april 2020 om 21:38

Twee fijne acteurs om naar te kijken: Paul Newman en Robert Redford. Zij speelden al eerder samen in Butch Cassidy and the Sundance Kid, een film die door mij met wat gemengde gevoelens werd ontvangen. Te luchtig voor een Western, niet grappig genoeg voor een komedie, al ben ik dan vegetariër, deze versie van vlees nog vis smaakte me niet zo. In The Sting zetten ze opnieuw een aan elkaar gewaagd acteerduo neer; de jongere Robert Redford als de jonge zwendelaar Johnny die de dood op zijn maat wil wreken en de oudere ervaren beroepsoplichter Henry. Samen proberen ze door een groots opgezet plan de maffiabaas Lonnegan een hak te zetten. De jaren 30 worden hier erg mooi neergezet en de decors zoals de gokhal zien er prachtig uit. Ook op gebied van het verhaal valt er heel wat plezier te beleven, al met al is het een onderhoudende, geromantiseerde misdaadkomedie met de nodige humor, waarin kleine oplichters het opnemen tegen een grote maffiabaas. Ik ben sowieso wel te vinden voor films waar grote oplichterijen op touw worden gezet (Oceans Eleven vind ik ook zo’n geweldige film) en deze film weet dat dan ook nog eens op een erg vermakelijke manier te brengen. Het einde is misschien niet zo’n grote verrassing meer, maar eigenlijk doet dat helemaal geen afbreuk aan de film want er wordt gewoon heerlijk opgebouwd naar de grote slag. Een van de hoogtepunten van de film is het pokerspel op de trein, maar ook het trucje in het begin van de film waarin Johnny wordt geïntroduceerd mag zeker niet vergeten worden. Alleen blijft dat deuntje van The Entertainer nog wel dagen in je hoofd rondzingen.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.